Ik ben Ferry, ‘vader’ van Leijp. Oprichter en eindredacteur. Ik was een wereldreizende en backpackende blogger tot dit plotseling onaangenaam onderbroken werd. Oogontstekinkje, dacht ik. Inmiddels ben ik een pijnlijke zes weken verder en heb ik een stuk minder zicht.

Ik zie Leijp als een feelgood platform. Vol leuke onderwerpen zoals festivals, reizen en fun. Ik heb goed moeten nadenken of dit een onderwerp is voor Leijp. Maar aangezien dit zeker géen anti-reizen/backpacken/sabbatical bericht is (want dat zou ik iedereen nog steeds aanraden) en aangezien dit soort onderwerpen ook onderdeel van het reizen zijn maar vooral omdat er zoveel support van jullie kwam via onder andere Facebook van mensen die opgevangen hadden dat er iets flink mis was, heb ik besloten dit verhaal te delen met iedereen die geïnteresseerd is. Oké, daar gaan we!

Wereldreis

Ik wil al járen reizen, voor langere tijd. Minstens een jaar. Maar altijd was er iets wat me tegenhield. Je zit toch aan dingen vast in Nederland. Ondanks dat ik een te gekke baan had (naast Leijp had ik een fulltime job), een leuk appartement en een (meestal) rijdend autootje, heb ik dit alles opgegeven en heb ik besloten de wereld rond te reizen. 1 December begon ik, Thailand, Myanmar, terug naar Thailand, Cambodia, Laos. En daar eindigde het voorlopig.

Thailand

Voor ik ga uitleggen wat er is gebeurd in Laos, wil ik het eerst even over Thailand hebben. Twee maanden vóórdat ik in Laos last van mijn linkeroog kreeg (remember, linker), had ik in Thailand last van mijn rechteroog. Ik zat in de jungle, geen ziekenhuis, kliniek of dokter, wel een apotheek. Ik haalde wat antibiotica, antibiotica-oogdruppels en pijnstillers. Vijf dagen later was het over.

Mijn zicht bleef wat wazig dus toen ik 2 weken later in Bangkok was, liet ik het controleren in het ziekenhuis. “Nog even druppelen en voorlopig je lenzen niet dragen”, was het advies van de dokter. Zo gezegd, zo gedaan. Ik ging reizen, met bril. Van Thailand naar Cambodia, van Cambodia naar Laos.

Ironie

Oké en dan dit. Terwijl ik met mijn oogontsteking in bed lag, had ik via Messenger contact met Mia. Je ontmoet uiteraard zoveel mensen tijdens het reizen en zo ook Mia. Mia had ik eerder tijdens het reizen in Thailand ontmoet. We kwamen erachter dat we dezelfde route gingen doen en ons visum voor Thailand op dezelfde dag verliep, dus we besloten via Messenger samen te reizen. Maar op een paar voorwaarden waaronder: ‘No pirate shit’ en ‘no eyepatches’. Dat was een leuke grap op mijn oogontsteking. Niet wetend dat ik een aantal weken daarna ook echt een eyepatch zal moeten gaan dragen. ‘Never too soon voor pirate jokes’ zei ik dan ook. Ironisch, he?

Laos

Sprongetje in de tijd. Zes weken later waren we in Laos. Ik nog steeds met bril. De dokter zei dat ik een maand geen lenzen kon dragen. Dat was nu zes weken terug. Dus het kon wel weer dacht ik! Ik had namelijk een motor gehuurd en ik wilde een zonnebril dragen. De oplossing van onderstaande foto (links) was het namelijk ook niet helemaal.

Al na twee dagen lenzen dragen kreeg ik ’s avonds plots last van mijn oog. Het linkeroog deze keer. Ik deed metéén mijn lenzen uit. Het voelde namelijk zoals die ene keer aan mijn rechteroog die keer in Thailand. Maar wel had ik inmiddels nieuwe lenzen, een nieuw lenzendoosje en een nieuwe lenzenvloeistof. Wellicht dus toeval. Maar al snel werd mijn oog rood en begon het flink zeer te doen.

Een dag later deed het mega-pijn, ik kon geen licht verdragen en het voelde als steken in mijn oog. In het dorp waar ik was was wederom geen ziekenhuis of dokter. Maar ook deze keer wel een apotheek. Ik besloot weer oogdruppels te halen. Maar dit mocht niet baten. De pijn werd erger en erger. Inmiddels waren wij aangekomen in Vang Vieng (een andere stad in Loas, zo’n 500km verderop). Ik was namelijk wel met de bus en met pijn richting het noorden gereden. We moesten immers verder en de plek waar we waren was i.v.m. gebrek aan medische zorg ook niet goed om te blijven. Daarnaast was het mijn verjaardag en ik wilde op een leuke plek zijn aangezien ik hoopte dat het beter zou gaan. Helaas heb ik die verjaardag in bed doorgebracht. In Vang Vieng had ik antibiotica-capsules, pijnstillers en eyewash gehaald i.p.v. alleen oogdruppels. Maar het werd er niet beter van.

laos-apotheek

Mijn oog was knalrood en mijn iris was vaag aan het worden, het leek op een soort staar. Mijn oog brandde continu. Het voelde bij elke knippering of oogbeweging alsof ik glasscherven in mijn oog had. Daarnaast was licht ondraaglijk. Elk beetje licht, zoals een telefoon op donkerste stand of een waxinelichtje was me al te veel. We sliepen in een guesthouse en we hadden de ramen afgeplakt. Daar lag ik met een zonnebril.

Mijn oog zag er op dit punt zo uit, je moet even klikken als je hem wilt zien. Hou je niet van nare ogen (kan ik me voorstellen), klik dan vooral niet en lees gewoon verder. 🙂

 

Ziekenhuis Laos

De druppels en pillen leken dus niet aan te slaan. Ik besloot tóch maar naar het ziekenhuis te gaan al wilde ik dit in eerste instantie niet. Dat gedeelte van het ziekenhuis in Vang Vieng is namelijk geen ziekenhuis zoals je bijvoorbeeld van Europa gewend bent. Het is één grote zaal met oude bedden, zandvloeren, waaiers, afval, etc. Hieronder afbeeldingen ter referentie.

Elke dag moest ik erheen. Met een stapel handdoeken over mijn hoofd en twee zonnebrillen gingen we. Mia moest me begeleiden. Elke dag probeerden de medewerkers van het ziekenhuis iets anders met mijn oog en telkens schrokken ze van hoe erg het was. Druppels, zalfjes, pillen, ze probeerden van alles. Ik ging daar drie dagen achter elkaar heen tot op een punt dat de ziekenhuismedewerker (laat ik het zo maar noemen) met zijn duim mijn oogbal ‘schoon’ wreef. Ik ben die dag, of de dag erna niet meer terug geweest. Mia heeft een bus geboekt naar Vientiane, de hoofdstad van Laos. Dat was zo’n 200 kilometer in zuidelijke richting. Daar was een prima ziekenhuis, had Mia uitgezocht.

Ziekenhuizen en ambulances

Eenmaal daar aangekomen zijn we direct naar het ziekenhuis gegaan. Het was inderdaad een goed ziekenhuis. Ze hadden een samenwerkingsverband met het ziekenhuis waar ik in Bangkok was geweest voor de controle aan mijn andere oog. Toch zeiden ze dat ze me daar niet konden helpen en dat ik per direct naar Thailand moest. Met ambulance. “You need an emergency cornea transplant“, zei de dokter. Met volle zwaailichten en sirenes gingen we (Mia uiteraard erbij) van Vientiane, Laos naar Udon Thani, Thailand. Mijn snelste grensovergang ooit.

ambulance_laos

In Udon Thani zou een ziekenhuis zijn met een oogspecialist. Eenmaal aangekomen keken er wat dokters naar mijn oog, maar ook zij konden niets betekenen. Ik werd met een andere ambulance naar een oogkliniek in de buurt gebracht. Eenmaal aangekomen in de kliniek was de reactie: “You’re gonna lose your eye” en weer “you need an emergency cornea transplant”! We werden met de ambulance terug gebracht naar Udon Thani. Ik kreeg daar een spuit diazepam voor de pijn en we gingen op eigen vervoer naar Bangkok. Dit werd door het ziekenhuis geregeld. Er ging direct een nachtbus. Ik moest de hele nacht elke 30 minuten mijn oog druppelen om het oog in toom te houden. Slapen zat er dus niet in. Uren later kwam ik aan in Bangkok. Om 06:30 arriveerde ik in het ziekenhuis. De bus vanaf Vang Vieng, was om 9:30, dit alles heeft zich in minder dan 24 uur afgespeeld.

Bangkok

In Bangkok had ik meteen al een afspraak, dit alles was met spoed geregeld. Er keek een hoornvliesspecialist naar, uren lang zijn er met verschillende apparatuur onderzoeken gedaan. Ook zijn er zogenoemde schattingen afgenomen van mijn hoornvlies. Er worden dan een aantal cellen van je hoornvlies geschraapt (dit gebeurd eerst met een wattenstaafje dan met een naald en dan met een soort scheermesje), prettig was dit zeer zeker niet. Dit wordt op kweek gezet in de hoop dat ze in het laboratorium de oorzaak kunnen vinden van de ooginfectie. Wel gaat hier dagen overheen. Inmiddels zag mijn oog er verschrikkelijk uit. Mijn iris en pupil zijn op dat moment niet meer te zien, dat is helemaal bedekt door een spierwitte waas. Mijn oogbal was vuurrood.

Ook deze keer; klik voor de foto’s 1 & 2. Eigen risico. 😉
Per direct werd ik opgenomen in het ziekenhuis. Elk uur werd mijn oog gedruppeld met 5 verschillende druppels, dag en nacht. Maar, stukje wiskunde; aangezien ik 5 verschillende druppels had en er minimaal 5 minuten tijd tussen twee verschillende druppels moet zitten, duurde dat druppelen zo’n 30 minuten. Dus had ik telkens maar 30 minuten over om te ‘slapen’. Zo snel in slaap vallen met pijn, dat zat er dus niet in.

De dag erna zag ik een andere arts die ook in het hoornvlies gespecialiseerde was. Ze zag na wederom een hele serie aan onderzoeken geen andere optie als een hoornvliestransplantatie. Ik werd op de emergency wachtlijst voor donortransplantatie gezet. Ik stond bovenaan, maar donor zijn in Azië is niet zo gangbaar als in bijvoorbeeld Nederland. Het kon dus maanden duren en ik had 2 á 3 dagen vertelde de arts. Ik moest dus opzoek naar een ander land in een ander continent. In overleg met de verzekering is dit uiteraard Nederland geworden. Er moest iemand mee om medicijnen toe te dienen, ik moest nog steeds ieder uur, dag en nacht, 5 verschillende oogdruppels en andere medicatie. Uiteraard werd dit Mia, waarvoor eeuwige dank. De volgende ochtend vlogen we naar Nederland. Ik wist dat het moest, maar oh, wat baalde ik. Natuurlijk wil ik mijn ouders en vrienden zien. Maar dit was gewoon niet gepland, mijn leven was ingericht op deze wereldreis en dit was het einde daarvan. Ik ging namelijk terug naar Nederland voor wie-weet hoe lang.

Nederland

Mijn ouders stonden me al op te wachten op Schiphol. We reden meteen door naar het ziekenhuis in Den Bosch, de afspraak stond al. Ook daar werd gesproken van een hoornvliestransplantatie. Ik kreeg een doorverwijzing naar het OOGziekenhuis in Rotterdam voor de volgende dag. Het OOGziekenhuis (het woord zegt het al) is een groot ziekenhuis volledig gespecialiseerd in het oog. Ook daar werd ik per direct opgenomen. In eerste instantie in quarantaine. Ik heb namelijk in het buitenland in het ziekenhuis gelegen en heb hierdoor de kans om de MRSA bacterie mee te dragen. MRSA is onschadelijk voor gezonde mensen, maar voor zieke patiënten kan het schadelijk zijn, daarom zijn ze in een ziekenhuis erg voorzichtig en word je in een afgesloten ruimte geplaatst. Een ruimte helemaal afgesloten van de buitenwereld, met dubbele deuren voor je ‘bezoek’. Zusters komen binnen in een soort ruimtepakken en alleen wanneer nodig. En er staat niets in de kamer behalve een bed. Geen pretje. Na een paar nachten mocht ik in semi-quarantaine. Het was een meer aangekleede kamer en de deur mocht open. Nog steeds mocht ik niet van de kamer af. Ik ben daar intensief behandeld, door nog steeds dag en nacht te druppelen. Tot op het punt dat ik zestien nachten zonder slaap heb geleefd en de artsen besloten me te laten slapen. Heerlijk!

Naar huis en controles

Een week heb ik daar opgenomen gelegen. Daarna mocht ik naar huis. Nog wel moest ik 9x per dag mijn ogen druppelen en had ik verschillende pillen zoals antibiotica en pijnstillers. Na een week moest ik terug komen voor controle. Wat bleek, het oog geneest ‘ernstig goed’ aldus de behandelend arts. Dat is mooi! Ook had de arts nog meer mooi nieuws, de ontsteking zal snel weg zijn en daarmee ook de pijn. En daarnaast was mijn oog een soort open wond, ook deze zal snel genezen, nog even door met de medicijnen en volgende week weer terug komen. Ook zei de dokter dat als het zo goed doorgaat, ik snel weer kan reizen! En dat klopt de week erop kwam ik terug op controle en kreeg ik groen licht om te reizen. Mét een kapot oog helaas…

Piraat

Om even terug te komen op de piraten-conversatie waar ik dit verhaal mee begon. Mijn oog is erg gevoelig voor licht. Daarom draag ik, wanneer nodig een piratenlapje. En maak ik (nog steeds) de bijbehorende piraten-grappen. Alsof ze het zag aankomen…

piraat

En nu?

Wat precies de oorzaak is geweest van dit alles zullen we nooit weten. Wellicht een bacterie in zwemwater of via de handen. Mijn oog is in ieder geval flink beschadigd geweest en mijn hoornvlies is grotendeels litteken weefsel. Het is afwachten hoe dit herstelt. Hier gaat 4 á 5 maanden overheen. Helemaal goed zal het nooit meer worden. In het meest ideale geval ga ik langzaam beter zien doordat het littekenweefsel wegtrekt. In het worse case scenario, als het litteken weefsel niet mooi wegtrekt, blijft het zoals het nu is. Dan zal er iets aan gedaan moeten worden. In het meest optimale geval kan met middelen zoals een speciaal soort lens, of wellicht technieken als laser etc. het zicht tot 60-70% kunnen worden terug gebracht. Is het zicht te slecht dan is een donor-hoornvliestransplantatie de enige optie.

Momenteel is mijn zicht zoals op onderstaande foto. Ik heb met Photoshop proberen na te bootsen wat ik precies zie. Inclusief bril en pet. In verband met lichtgevoeligheid zal ik deze namelijk regelmatig moeten dragen.

Voor

zicht_voor

Na

zicht_na

Dit is mijn zicht, het is niet anders. Ik zal me moeten aanpassen. Reizen zal lastiger worden, anders. Maar zeker te doen. Met een oog kun je de wereld nog prima zien. Ik wacht een paar maanden af in de hoop dat het beter wordt en tot die tijd mag ik weer lekker op pad! Mijn ticket naar Azië wordt dan ook snel geboekt! Jullie lezen het wel weer op Facebook! Zie ik jullie daar?

Afbeelding: wehelpwarvictims.org